Cirkelstadpartner ABN AMRO ondersteunt klanten in circulaire bouweconomie
- Partner
Tag: Nieuws uit de community
10 april 2025
Ten noorden van de Utrechtse binnenstad, in wat ooit fungeerde als onderdelenloods van de Nederlandse Spoorwegen, bevindt zich sinds enkele maanden het fraai vormgegeven en circulair gebouwde kantoor van De Groene Jongens. Een uitgelezen locatie voor Cirkelstad om een bijeenkomst te verzorgen over de overstap naar circulaire installaties, waarbij één brandende vraag centraal stond, inclusief hashtag, namelijk: #HOEDAN?
“Zitten we niet teveel in het papier?” vraagt Wytze Kuijper (Cirkelstad) zich hardop af. “Zo gewillig als het papier is, zo weerbarstig is de praktijk. Het wordt tijd dat we met enthousiasme en bevlogen pragmatisme door de papieren barrières heen breken. Minder discussiëren en meer doen. Laten zien dat het werkt, inzichtelijk maken hóe het werkt, zodat ondernemingen kunnen gaan investeren in Het Nieuwe Normaal. Hoe gaan we samen een stapje beter worden? Dat is de centrale vraag die we vandaag ter harte nemen rondom het vraagstuk van installaties.”
Na een korte introductie van Stefan Kramer (De Groene Jongens) over de duurzaamheidsrichtlijn GPR Gebouw, de MPG (Milieuprestatie Gebouw), de punten die daarmee behaald kunnen worden en de daaruit voortvloeiende certificering, bespreekt hij de kansen van circulaire installatietechniek: “Het is niet mogelijk om te sturen op basis van productkeuze, want er staan nog maar weinig verschillende producten in de NMD (Nationale Milieu Database). In het geval van luchtkanalen, bijvoorbeeld, is het zo dat je uit maar één type luchtkanaal kunt kiezen. En op basis van het gebruiksoppervlak van het gebouw wordt het aantal luchtkanalen automatisch ingevuld, dus ook op hoeveelheid kun je het verschil niet maken.”
Toch liggen er kansen. Stefan: “Maar dat betekent wel dat we anders naar producten moeten gaan kijken, en dat er een grotere database beschikbaar moet komen.”
Zijn collega Michel Kemper voegt daaraan toe: “We zijn vooral bezig om marktpartijen te stimuleren om anders te gaan denken. Zo vragen we tegenwoordig aan leveranciers of ze in de NMD (Nationale Milieu Database) staan. Meestal is het antwoord nee, maar dan heb je wel een gesprek. Dit is een hele simpele manier om de markt in beweging te krijgen.”
“Verder zijn we een voorstander van zo min mogelijk installaties. Tweeduizend jaar geleden bouwden de Romeinen badhuizen met vloerverwarming en sauna’s, en die hadden geen aansluiting van Stedin. Dus het is allemaal best mogelijk, we moeten alleen anders gaan denken. Over materialisatie, bijvoorbeeld. Heeft een product dat gemaakt is van staal wel echt zo veel staal nodig? Als je goed kijkt naar de functie van zo’n product, zou gerecycled plastic of zelfs karton ook een optie kunnen zijn.”
Michel presenteert vervolgens een casus uit de praktijk: de renovatie van de COA in Leersum, een gebouw dat in 2000 al eens werd gerenoveerd. Er zaten dus nogal wat installatie-onderdelen in die kansrijk waren voor hergebruik: “We hebben getracht alles goed vast te leggen in het bestek, zoals: de aannemer moet beginnen met een nulmeting om vast te stellen wat hergebruikt kan worden. Maar wat er vaak gebeurt, is dat er op een gegeven moment bezuinigd moet worden, en dan is de nulmeting en alles wat daarbij komt kijken het eerste dat geschrapt wordt.” #hoe(zo)dan
“De belangrijkste lessen die we met dit project hebben geleerd is dat we strakker moeten omschrijven wat we willen bereiken, en ten tweede dat we beter moeten inprijzen wat het kost om de materialen opnieuw te gebruiken, zodat circulariteit niet het kind van de rekening wordt van onvoorziene kosten.”
“In de ideale situatie”, benadrukt Michel, “maken wij een ontwerp op hoofdlijnen en gaan we daarna met alle partijen, elk met hun eigen expertise, om de tafel om tot de beste oplossing te komen. Dat zou het mooiste zijn, maar zover zijn we gewoonweg nog niet.”
Ivo Vonk (Alba Concepts) richt zich vervolgens op het aandeel dat installaties hebben op de MPG-score: “Dat aandeel varieert heel erg, maar het is substantieel. De vraag is wel hoe juist de percentages zijn, want als je de MPG berekening – die bedoeld is om een vergunning te krijgen – vergelijkt met wat er daadwerkelijk in een gebouw zit, dan klopt de werkelijkheid niet met de papieren werkelijkheid. Je wilt bijvoorbeeld een sprinklerinstallatie invullen, want dat is een wettelijke eis, maar dat kan niet, omdat de NMD daarvoor simpelweg geen mogelijkheid biedt. Zoals het nu gaat, is de MPG in feite stuk; je bereikt niet het doel dat je ermee nastreeft.”
De duurzaamste installatie is geen installatie – eentje die je ook helemaal niet nodig hebt: “Als je kijkt naar de afgelopen eeuw, hebben we van energie een enorm complex systeem gemaakt. We moeten toe naar een ‘installatie-arm’ systeem, waarmee we dezelfde of zelfs een betere energieprestatie kunnen bereiken.” Nederland loopt wat dat betreft achter op de rest van Europa. Een voorbeeld van ‘passief’ bouwen is het kantoorgebouw in Lustenau, Oostenrijk, getiteld ‘2226’ (met een binnentemperatuur die steevast tussen de 22 en 26 graden ligt) dat een zeer gering aantal installaties bevat.
CIRCL, het voormalige paviljoen van ABN AMRO op de Zuid-as, kende een andere benadering: “Daar zijn de eisen per ruimte vastgesteld. Zo moesten de vergaderruimtes in de kelder aan hogere eisen voldoen dan de ruimtes op de begane grond, waar lang niet altijd iemand aanwezig was. Het risico hiervan is wel dat je niet zomaar een kantoortje kunt maken op een plek die daar niet voor bestemd is.”
Ook doet Ivo een moreel appèl op de bouwsector als geheel: “De materialen die we hebben, moeten we hier houden en hergebruiken. Er zijn namelijk plekken op de wereld waar echt hele nare dingen gebeuren, omdat wij bepaalde materialen nodig denken te hebben. Als je ziet wat er in Congo gebeurt… Daar krijg je rillingen van over je hele lichaam. Dat kunnen we met goed fatsoen niet meer accepteren.”
Een belangrijk stimulatie/ onderdeel van ‘#hoedan?’ zijn de subsidiemogelijkheden, waar Bob van Dijk (Subvention) inzicht in verschaft: “Op dit moment bestaan er fiscale regelingen voor nieuwbouw en verbouw, waar ook duurzame en energie-opwekkende installaties onder vallen. Daarnaast gaat er in juni een regeling van start voor verduurzaming van maatschappelijk vastgoed, waar voornamelijk stichtingen en gemeentes gebruik van kunnen maken. Als laatste zijn er mogelijkheden op het gebied van mobiliteit, dus dan moet je denken aan vrachtwagens, laadpalen en dergelijke.”
“Er zijn een paar investeringssubsidies die je kunt benutten. Dat zijn de Energie-Investeringsaftrek, de Milieu Investeringsaftrek en de ISDE (Investeringssubsidie Duurzame Energie en Energiebesparing). Er wordt echter puur gekeken naar besparing of milieucomponenten; de link met circulariteit is hier nog niet gelegd. Het frappante is dat er bijna altijd gekeken wordt of een installatie nieuw is, waardoor tweedehands dus bij voorbaat wordt uitgesloten.”
“De twee belangrijkste eisen die voor de Milieu Investeringsaftrek worden gesteld aan een circulair gebouw zijn: 1. Toegepaste materialen op volumebasis (50% hernieuwbare grondstoffen, of 25% hergebruikte bouwproducten, of 50% demontabele bouwproducten), en 2. MPG op basis van A2-data. Zoals eerder besproken, loopt het vaak vast op de MPG.”
“Nog een lange weg te gaan, dus,” merkt iemand in het publiek op. De aanwezigen hebben behoefte aan een concrete vertaalslag van papier naar praktijk: “Waar kan ik morgen mee beginnen?”
Wytze: “Zoek de dialoog! We stoppen heel veel installaties in heel veel gebouwen en leggen niet uit hoe het werkt. Geef een bedrijf twee, drie jaar de tijd om de verantwoordelijkheid voor het gebouw te nemen en help gebruikers met het gewenste gedrag. Tot op heden is dit verre van gebruikelijk, terwijl het laaghangend fruit is. Zo zijn er nog een aantal knelpunten die relatief makkelijk zijn op te lossen, zoals over dimensionering van installaties. Wil je morgen meteen praktisch aan de slag, dan zijn er vier projecten waar je je bij kunt aansluiten, te weten: Community Producenten en Leveranciers (Cirkelstad), Het Collectief hoogwaardig hergebruik voor opdrachtgevers en opdrachtnemers/producenten/leveranciers (Cirkelstad, mede mogelijk gemaakt door het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening), Circulair herinrichten van utiliteitsgebouwen (De Bouwcampus) en de ontwikkeling van PvE 2.0 voor Circulaire Installaties voor Utitliteitsgebouwen en het PvE voor Woningbouwcorporaties. Vanuit Cirkelstad zoeken wij de dialoog actief op ook met Transitiebureau Circulair bouwen en actieagenda’s Hoogwaardig hergebruik en Installaties en de Buyergroep Circulaire Klimaatinstallaties.
“Ik zou iedereen willen aansporen om zoveel mogelijk met elkaar te oefenen. Als je het niet samen doet, blijf je in je individuele werkveld zitten en stapelt de ‘frustratie’ zich alleen maar op.” Het kan namelijk als je het wilt!” Sluit Wytze af.
Meer weten of aansluiten bij Cirkelstad? Neem contact op met Wytze Kuijper via wytze.kuijper@cirkelstad.nl of 06 229 685 68