Een gebouw 11 kilometer verplaatsen doe je zo

Aan de Bovendijk in Rotterdam wordt een bijzonder pand gebouwd: een gebouw dat namelijk eerder 11 kilometer verderop te vinden was, in Delft. Het gebouw van de UpCycle Mall was jarenlang een laboratorium van TNO en is vorig jaar uit elkaar gehaald en verhuisd naar een HUB in Rotterdam. En nu wordt ’t onderdeel van een milieupark in Rotterdam.

Op het nieuwe milieupark kunnen Rotterdammers hun spullen aan de UpCycle Mall afgeven, een plek waar bewoners kunnen zien, leren en ervaren wat circulariteit is. Ze zien daar met hun eigen ogen hoe van het afval dat bij de milieuparken terechtkomt nieuwe spullen worden gemaakt.

Eén plus één
Op verzoek van TNO leidde Ralph van Rees, projectleider bij Ingenieursbureau BOOT de sloop en demontage van het TNO-lab. “Tijdens de eerste rondleiding stelden we met elkaar vast dat er veel bouwmaterialen in de container zouden belanden, en dat is heel jammer”, blikt Ralph terug. “Een tweede kans voor het volledige gebouw op een andere plaats was de beste oplossing. Maar dat is nog niet zo eenvoudig geregeld.” Ralph stelde een plan op voor circulaire demontage van het TNO-lab en ging op zoek naar een nieuwe bestemming voor de materialen.

Tegelijkertijd kwamen BAM Bouw en Techniek en gemeente Rotterdam bij Ralph voor de bouw van een circulair milieupark. “Zij zochten een donorgebouw, toen dacht ik: 1 + 1 = 3. Samen gingen we in gesprek, met als resultaat dat zij het hele gebouw daar nu herplaatsen”, legt Ralph uit. “Hoe mooi is het als een gebouw al een leven achter de rug heeft? Daardoor kun je er een heel mooi verhaal over vertellen.”

Niets kwijt dankzij labeling
De verhuizing van een heel gebouw van de ene naar de andere stad vergt een hoop voorbereiding. Ralph: “Het was een mooie uitdaging voor ons als ingenieursbureau. Want hoe zorg je dat de aannemer alle materialen weer terugvindt tijdens de bouw? Daarom bedachten we een uitgebreid systeem waarbij alle materialen een QR-code krijgen. Mijn collega Anne zorgde dat elk bouwmateriaal werd voorzien van zo’n label, van een kleine deurdranger tot de grote staalconstructie. Zo kon iedereen zien wat het is en waar het vandaan komt.”

Een uitgebreide materiaalinventarisatie was de basis van de opgeslagen informatie. Van elk materiaal was onder andere de afmeting, grondstof en kwaliteit bekend. Ralph: “Jeroen Grosfeld van N3O Architecten ontwierp zowel het TNO-lab in Delft als het gebouw in Rotterdam. Met zijn kennis en onze data kan hij zeggen: de stalen balk die nu tijdelijk in Delft op deze positie zit, kan in de toekomst in Rotterdam op die positie komen.”

Steeds meer specialisten op de markt
Kun je alle materialen hergebruiken of blijft er toch nog wat over? “Een deel van het TNO-lab dateert van 1990”, weet Ralph. “Toen werden nog vrolijk kit en purschuim gebruikt: daarmee werd het gebouw luchtdicht en zuinig. We kunnen dus niet alles hergebruiken, al zie ik steeds meer specialisten op de markt komen die bijvoorbeeld gevelelementen opknappen, plafondplaten refurbishen of hout vrijmaken van spijkers waardoor hergebruik juist wél mogelijk wordt. Gelukkig was een groot deel van het gebouw slechts acht jaar oud en nog prima demontabel voor 1-op-1 hergebruik.”

“Allemaal aantrekkelijke circulaire businessmodellen”, bevestigt Kees Boot, directeur van Ingenieursbureau BOOT. “En dat is belangrijk! In Nederland hebben we heel veel grondstoffen en materialen nodig, voor bijvoorbeeld nieuwbouw. Het realiseren van voldoende betaalbare en duurzame woningen is een grote opgave de komende tien jaar. Daar zit enorme urgentie. Doe je dat zonder oog voor bestaande voorraden? Dan put je de aarde onnodig uit.”

Net als in een webshop
Ralph: “Uiteindelijk wil je dat circulair materiaalgebruik zó gemakkelijk is, dat een bouwer vol vertrouwen een bestelling kan opgeven. Precies zoals je doet in de webshop van een bouwmarkt.”

“Waar ik blij van word, is dat gerenommeerde organisaties als TNO, BAM Bouw en Techniek en gemeente Rotterdam het lef hadden om niet voor traditionele sloop te gaan, maar de uitdaging met ons aangingen voor het verplaatsen van het gebouw. Ze hadden immers geen zekerheid over de afloop,” aldus Ralph. “Voor hetzelfde geld hadden ze gekozen voor een reguliere sloper of aannemer en was het TNO-lab zonder risico gesloopt en een nieuw gebouw neergezet in Rotterdam. Ik vind de keuze voor deze route zeer bewonderenswaardig!”

Contact
Meer weten? Neem contact op met Ingenieursbureau BOOT via of 0318 527 600.

< BOVAG-voorzitter Han ten Broeke ontvangt eerste uitgave Circulair West over Mobiliteit en Duurzame Woonwijken | Cirkelstad Eindhoven @ Dutch Design Week: van activatie naar implementatie >