MPG uitvragen en aanscherpen: oppassen daarmee!

De Milieu Prestatie Gebouwen (MPG) wordt waarschijnlijk verscherpt van 1,0 naar 0,8 in 2021 en naar 0,5 in 2030. Tegelijkertijd zien we in prijsvragen de MPG een steeds prominentere rol spelen. In principe een goede ontwikkeling, maar we moeten met de toepassing van de MPG oppassen en het doel niet vergeten. Een drievoudige oproep, nadere duiding volgt onder de drie punten.

  • Denk aan het doel én integraliteit:
    Doel: het verlagen van de milieu-impact van de gebouwde omgeving en het stimuleren van de transitie naar een circulaire (bouw)economie.
    Integraliteit: wij stellen dat een tunnelvisie op aanscherpen MPG, in een prijsvraag dan wel in bouwbesluit integraal kan leiden tot minder duurzame en gezonde gebouwen (!!).
  • Zet in de MPG de hoeveelheid zonnepanelen vast:
    Op de korte termijn, totdat de MPG ‘volwassen’ is geworden: zet in de MPG de hoeveelheid zonnepanelen vast op de hoeveelheid nodig om de BENG-3 eis te halen. Ook al realiseer je meer zonnepanelen voor bijvoorbeeld Nul-op-de-Meter.
  • Pas als MPG ‘volwassen’ is DPG-methodiek toepassen
    Op de lange termijn, zodra de MPG ‘volwassen’ is: om energie en materialen integraler te benaderen kan de Duurzaamheid Prestatie Gebouw (DPG) methodiek een goed instrument zijn. Van tunnelvisie BENG plus tunnelvisie MPG naar één DPG. En maak de DPG wel onafhankelijk van marktpartijen.

De duiding

De onderstaande tabel geeft van enkele van onze projecten de EPC-, MPG- en DPG-scores weer. De met oranje aangeven projecten (1&8) betreft een prijsvraag binnen één gebiedsontwikkeling, maar twee verschillende kavels. Bij de één stond de MPG centraal in de uitvraag, bij de andere de energieprestatie. Het effect? Een MPG van 0,4, met een zeer middelmatige energieprestatie (minimaal benodigd voor bouwbesluit) en een DPG van 8,1. Ofwel, het effect momenteel is:

serieuze verlaging van de MPG = verslechtering energieprestatie = uiteindelijk minder duurzaam (?)

Wat ons betreft een onwenselijk effect. Voor het met groen aangegeven project (12), dat intussen in verkoop is, hebben we voor verschillende energieprestaties de MPG weergegeven in de staafdiagram. Bij bouwbesluit (EPC=0,4) is de MPG 0,52, bij het gekozen concept (EPC= – 0,5) is de MPG 0,83. Een enorme impact, dat enkel en alleen komt door de hoeveelheid zonnepanelen.

Als we inzoomen op de MPG van de NOM-woningen, dan blijkt dat de MPG-score voor meer dan 50% bestaat uit installatieonderdelen en dit de MPG-score overschaduwd. Nu komt het verwonderlijke: dit overgrote deel van de MPG staat momenteel op losse schroeven, omdat:

  1. De juiste data om de milieu-impact van de zonnepanelen en overige installatieonderdelen te berekenen ontbreekt. Dat betekent dat deze onderdelen nog niet getoetst zijn op de impact op het milieu gedurende de levenscyclus, en wordt daardoor gebaseerd op generieke waarden.
  2. De berekening van de milieu-impact van het overige installatiegedeelte wordt uitgevoerd op basis van het gebruiksoppervlakte, in plaats van daadwerkelijke hoeveelheden.

Het verlagen van de MPG is weldegelijk zeer wenselijk. De markt moet gestimuleerd worden te werken aan de transitie naar een circulaire bouweconomie. Dit moet echter wel hand in hand gaan met de integrale verduurzaming van de gebouwde omgeving.

Gegeven dit alles zien wij hiervoor twee mogelijkheden om de MPG op de juiste manier toe te passen, één op de korte en één op de lange termijn.

Korte termijn, voor zolang de data onbetrouwbaar is:

Reken in de MPG alleen de hoeveelheid zonnepanelen mee om aan de 3e BENG eis te voldoen, ook al worden er meer toegepast.

De drie belangrijkste redenen hiervoor zijn:

  1. Duidelijker inzicht in, en stimulatie van, het gebruik van circulaire materialen in een gebouw. Deze worden dan niet meer overschaduwd door de onbetrouwbare impact van zonnepanelen.
  2. Betere inzicht in de milieueffecten van het installatieconcept en bouwkundige maatregelen. Effectieve maatregelen beperken de energiebehoefte (BENG-1 eis) waardoor er minder zonnepanelen nodig zijn aan de BENG-3 eis te voldoen.
  3. Extra zonnepanelen om woningen energieneutraal of NOM te maken worden zo beloond in plaats van afgestraft.

Lange termijn

Om de impact op het milieu te bepalen voor een gebouw moeten energie en materialen integraler benaderd worden met een methodiek als de DPG om tot een optimum te komen.

Een tunnelvisie op alleen de energieprestatie of alleen de MPG-score kan niet leiden tot duurzame en gezonde gebouwen. Deze dienen samen benaderd te worden, waarbij de DPG-methodiek een geschikt instrument kan zijn.

En ten slotte: Installatiebranche, word wakker, denk aan de impact van uw materiaal en ga aan de slag met de MPG!

De DuurzaamheidsPrestatie Gebouw (DPG) methodiek.

DPG = EPG + MPG

Om een eerlijk inzicht te krijgen in de duurzaamheid van een gebouw, gedurende de hele levenscyclus, is er in 2016 een methodiek ontwikkeld door TKI Kiem om de impact op het milieu van zowel het materiaalgebruik (MPG) als het energiegebruik (EPG) te bepalen. De zogeheten DuurzaamheidsPrestatie Gebouw (DPG) methodiek. Bij de DPG wordt de score van de Energie Prestatie Gebouwen (EPG) berekening omgezet naar een Schaduwprijs (milieubelasting). Hierdoor is het mogelijk om de EPG en de MPG bij elkaar op te tellen. Deze som vormt de uiteindelijke DPG score.

CO2 footprint van een NOM-woning

Meer informatie:

Menno Schokker, Merosch

< Verantwoord verdichten | Wie de bal kaatst kan hem terug verwachten >