Sociaal en circulair, samen werken aan gebiedsontwikkeling

Cirkelstad Community Sociaal

Een circulaire gebiedsontwikkeling kun je vanuit meerdere kanten bekijken. Het geeft mogelijkheden voor anders ontwerpen, andere keuzes van materialen en energiebronnen. Een pand of gebied kun je ontwikkelen op basis van circulaire principes waarbij je ook kijkt naar het begin van de keten. Wat zijn de arbeidsomstandigheden, wie werkt er mee, wat doet het delven van grondstoffen met de mensen in de omgeving, worden ongevallen voorkomen, worden er giftige stoffen gebruikt enzovoort.

Er is gelukkig meer aandacht voor maar er is nog een wereld te winnen. Een gebiedsontwikkeling is daarnaast ook een kans om sociale meerwaarde te realiseren aan het einde van de keten, met bestaande omwonenden en nieuwe gebruikers. Door de wijk rond een ontwikkeling te betrekken bij het ontwerpproces en de koppeling te maken met de behoefte en uitdagingen van de wijk, ook buiten de scope van een kavel. Want onze circulaire en sociale doelen houden niet op bij de rand van een kavel. En ook daar valt nog een wereld te winnen. Het biedt kansen voor circulaire én sociale vernieuwing. De casus in dit artikel laat zien dat daarvoor alle belanghebbenden, van begin tot eind, en ook na de oplevering van een gebied, samen moeten werken. Dat is nieuw en anders dan we gewend zijn. Dat vraagt ook om pionieren en proberen.

In de Cirkelstad community Sociaal maken we gebruik van een green paper waarin we dit onderwerp duiden aan de hand van voorbeelden. Die voorbeelden zijn gekoppeld aan 4 thema’s: een inclusief team, de eindgebruiker als medebeslisser vroeg aan tafel, arbeidskwaliteit kansen benutten en van circulair werken een professie maken. Dit artikel beschrijft als inspiratie een voorbeeld uit de praktijk waar we de eerste twee thema’s raken. Een inclusief team en de eindgebruiker aan tafel.

De casus
Ontwikkelaar Hoorne Vastgoed wil op de locatie waar nu een eenlaags bowlingcentrum staat, ca 150 woningen bouwen. Dat doen ze samen met de woningcorporatie Elan Wonen. In de voorbereidingen werden drie transitiebegeleiders aangehaakt voor communicatie, participatie en co-creatie. Alle drie met de nodige ervaring op het vlak van duurzame bewonersinitiatieven, samen stadmaken en meervoudige waardecreatie. De plek en de buurt zijn complex: weerstand tegen hoogbouw, drukke verkeerssituatie, weerstand tegen commerciële functies en een wijkraad met een flinke vinger in de pap. En in de bestaande buurt is ook sprake van eenzaamheid, gebrek aan collectief groen en ontmoetingsplekken, er is weinig te doen in de buurt. Nieuwbouw brengt altijd kansen met zich mee, de bouw op deze plek kan een katalysator zijn voor ontmoeting, wijkeconomie, latente wensen realiseren en samen verduurzamen op welk gebied dan ook.

De ontwikkelaar werd door de transitiebegeleiders uitgedaagd om recht te doen aan hun eigen missie “wij bouwen een thuis in de wijk”. En een open proces in te gaan dat recht doet aan omwonenden en ruimte geeft aan nieuwe duurzame invullingen door co-creatie. Daarmee gingen zij akkoord, evenals de woningcorporatie.

Waar een participatieproces eenzijdig wordt ingericht en onduidelijk is over de kaders, leidt dat vaak tot teleurstellingen van participanten en zelden tot nieuwe inzichten of modellen. Dat kan anders door vooraf goed stil te staan bij belangen, noodzaak en de vrije ruimte. Daardoor kun je bewoners en participanten veel duidelijker meegeven waar de ruimte zit, betrekken van serieuze partners door verantwoordelijkheid te geven. In deze casus zijn deze samenwerkingsprincipes gehanteerd:

1. Iedereen kan meedoen

2. De bedoeling (missie) is de baas

3. De bewoner staat centraal

4. We werken samen op basis van gelijkwaardigheid en respect

5. We maken resultaten tastbaar en transparant

6. We delen kennis om processen te versnellen

7. Het werk wordt waar mogelijk in de wijk belegd

8. Leren is een belangrijk onderdeel van het samenwerkingsproces

9. Deelnemers zijn helder over belangen en bijdragen

Als je meervoudige waarde wilt realiseren in een gebiedsproces, dan is het onder andere van belang dat de begeleider of facilitator een onafhankelijke rol in kan nemen om dat proces te doorlopen. Die moet als ware in het midden kunnen staan. Zo kan de begeleider de wensen en belangen van alle deelnemers in de groep een plek in het proces geven. En is de opdrachtgever (in dit geval de ontwikkelaar) ook onderdeel van de groep. Dit vraagt iets anders van de opdrachtgever en schuurt en wringt met het huidige lineaire systeem waarin de opdrachtgever het proces bepaalt, betaalt en stuurt¹.

Bron: Twan EikelenboomNaar een transdisciplinaire samenwerking

In deze casus zijn er voor drie thema’s vooraf kaders uitgewerkt: mobiliteit, groene en vrije ruimte en het thema wonen en verdeling van functies. Daardoor was heel helder waar wel of geen ruimte was voor co-creatie. Een supermarkt was voor de ontwikkelaar een financiële drager voor de ontwikkeling. Maar een supermarkt was ongewenst en kreeg geen groen licht in de wijk. Wat zijn dan volgens bewoners alternatieven? Als bewoners meer groen willen, alle bomen willen behouden en er ook ruimte moet zijn voor parkeren, zijn deelauto’s bespreekbaar? Kan deze ontwikkeling leiden tot buurtbedrijven, tot gezamenlijke en maatschappelijke ruimtes? Kunnen nieuwe bewoners en omwonenden participeren in collectieve energieopwekking?

De vrije ruimte voor het participatie- en co-creatieproces werd omkaderd met afspraken zodat er heldere uitgangspunten waren waar bewoners op terug konden vallen. In de co-creatie sessies is ook aandacht besteed aan het financiële exploitatiemodel van de ontwikkelaar zodat bewoners ook begrip kregen voor het proces, de afhankelijkheden en mee konden denken over de relatie met de omgeving en de impact van keuzes.

Samen leren
Het proces zorgde voor verruiming van begrippen en kennis en deed recht aan de creativiteit en het verantwoordelijkheidsgevoel van de deelnemers. Het zorgt voor meer betrokkenheid bij wat er in je buurt gebeurt en de kans om samen wensen en behoeften te verenigen. Bewoners die toezegden om deel te nemen, kwamen ook meerdere keren naar de bijeenkomsten en werkten zaken uit. Er werden hele goede en creatieve alternatieven voor de supermarkt bedacht en ook uitgewerkt door bewoners waar de ontwikkelaar van onder de indruk was. Er ontstonden nieuwe vriendschappen in de straat en buren die samen een vergroeningsproject startten. Het deelauto concept verderop in de wijk kreeg door dit proces nieuwe deelnemers. En er werden oplossingen aangedragen voor circulaire prefab bouw om het geluid en de overlast van de bouwplaats te verminderen. Deze manier van bouwen past ook in het financiële model voor sociale huur.

Iets anders doen, roept ook verwarring en twijfel op. Zou dit proces echt leiden tot een andere invulling van de kavel? En wat zou het voor de buurt betekenen als suggesties van bewoners echt concreet worden uitgevoerd en zij daarmee een aandeel hebben in de sociaal-circulaire ontwikkeling van deze plek? Gaat de ontwikkelaar woord houden en echt samen ontwikkelen?

De uitkomst laat helaas nog op zich wachten. Vanwege capaciteitsgebrek bij de gemeentelijke organisatie, staan de plannen in de ijskast. De drie procesbegeleiders hebben de samenwerking beëindigd omdat draagvlak voor dit proces bij de gemeente ontbrak en zij zich niet wilde committeren als partner in dit proces. Daarmee was er voor de procesbegeleiders een te groot risico dat de uitkomsten geen goede opvolging zouden krijgen en het vertrouwen van de andere belanghebbenden in deze manier van samenwerken beschadigde.

Dit voorbeeld illustreert dat het mogelijk is om samen te werken aan meervoudige waarde in zowel circulair als sociaal opzicht, en dat er een aantal voorwaarden zijn die een proces doen slagen of niet. Ook omdat we in een overgang van bestaande naar nieuwe processen die recht doen aan de circulaire manier van werken. Onze circulaire bouwtransitie kenmerkt zich al jaren door pioniers en koplopers die bereid waren om iets anders te doen, hun nek uit te steken en iets te proberen wat zich nog niet had bewezen. Soms lukte dat, soms niet. Er is veel geleerd. Door dat vaker te doen, ook door anderen, ontstond er een basis die werkt. Zo is Het Nieuwe Normaal ontstaan. Het is aan ons om ook die sociale meerwaarde te realiseren. Buiten onze vertrouwde kaders en rollen, en met elkaar.

Meer lezen over het verbinden van sociale wensen en circulair bouwen:

Meer leren en uitwerken met elkaar, sluit je aan bij de community Sociaal Circulair van Cirkelstad.

¹ Lees meer in https://www.sociaalcirculair.nl/publicatie-artikel/praktijkgids-transdisciplinair-werken/

Contact

Brigitte Kool

Spinner Cirkelstad Haarlem Kennemerland, Cirkelstad Sociaal


06 124 021 74

< Kurk, een bijzonder natuurlijk, duurzaam en prachtig materiaal | Een circulaire economie alleen is niet genoeg, we hebben een regeneratieve cultuur nodig >